• Home
  • Informatie
  • Personalia
  • Basistechniek
  • Rooster
  • Workshops
  • Contact
  • Fotoalbum

Basistechniek buikdans & bewegingscursus

HOOFD

- rollen, laten vallen.

- de kip/kalkoen imitatie.

- opzij-opzij; hoofd recht, ogen naar één punt.

- cirkel; met armen hoog eromheen.

 

SCHOUDERS

- omhoog, omlaag; naar voren, naar achteren.

- rollen, cirkelen; armen ontspannen voor.

- kantelen; ook snel, subtiel, zoveel mogelijk zonder boezem.

 

ARMEN

- duw-trek beweging; soepel, rond, kracht vanuit de schouders.

- alles via halve/hele cirkels in de ruimte om je heen.

 

HANDEN

- open-dicht van de hand; vanuit de knokkels; wordt later de handgolf!

- cirkel vanuit de pols.

- cirkel vanuit de hand, alsof je met krijtje cirkel op bord tekent.

- hand/pols golf; vingers op één punt stil houden.

- hand/pols cirkel; vingers op één punt stil houden.

- duwen/dienblad; sterk vergroot komen de handen boven je hoofd.

 

RIBBENKAST

- uit-in; opzij-opzij.

- cirkel; voor/opzij/achter/opzij, handen bij/op heupen.

- tillen; snel op op op/ laag laag laag.

 

BUIK

- ver uit/ ver in; rollen geholpen met de handen.

- rollen, golven.

- snel, ritmisch uit uit uit/ in in in.

- buiktrilling.

 

BILLEN BOVENBENEN

- shimmy; trilling, alsof je het daar koud hebt.

 

BEKKEN HEUPEN

- 'turkish hip'; kantelen van bekken, fel accent/snel/trilling.

- cirkel klein; draaiend in je lijf.

- cirkel groot; heupen samen, overdreven voor/ opzij/ achter/opzij.

- hoela; snel, heupen wiegend opgooien, ook zeer snel.

- hippush; gewicht op één been, dezelfde heup opzij duwen, gooien.

- hipslide; gewicht naar één been, dezelfde heup ver opzij gooien.

- twist; afwisselend één heup naar voren, fel alsof je aan een satéstokje zit.

- peuk; gewicht op één been, met de andere heup draai en het vrije been alsof je een peuk uittrapt.

 

Veel succes met oefenen

Surya Marion